Vogelen vanuit de luie stoel

Achter en boven ons bosjes en bomen vol vogels. Voor ons berken en meidoorn en andere bomen en struiken, velen voorzien van nestkastjes. Dat is vogelen bijna vanuit ligstand. Vinken, kool- en pimpelmezen hoor en zie je op elk moment van de dag, groepjes staartmezen hebben voorkeur voor bepaalde uren om de dennen af te grazen, de zwartkop koos zijn momenten minder kieskeurig.

Het leukste vond ik dit jaar de bonte vliegenvangers. Die vlogen af en aan. Aanvankelijk dacht ik dat er in het linkernestkastje tegenover ons al gebroed werd, maar later leek het er meer op dat er naar huisvesting gezocht werd. Regelmatig kwam een mannetje een kijkje bij dit huisje nemen, afgewisseld met enig bodemonderzoek.

Verderop was een ringmus in een verder gevorderd stadium van voortplanting en deze kwam regelmatig even buurten.

De vliegenvangers kwamen een dag of wat later steeds met z'n tweeën. Dit huisje had een wat lastige aanvliegroute zonder gemakkelijk opstapje naar de hoofdingang. Dat was moeilijk balanceren.

Gelukt! Nu eens kijken hoe het er binnen uitziet.

Ondertussen gingen de vinken hun eigen gang. Grappig hoe ze soms naar beneden duiken, vleugels langszij.
De vliegenvangers verlegden het verkenningsterrein naar het rechter huisje. Misschien omdat de meidoorn het aanvliegen en de entree vergemakkelijkte (de takken hingen tot voor de ingang): voor ons vertrek had ik de indruk dat dit de favoriete huisvesting werd.