Struinen in de Eijsder Beemden; een foto-impressie

Door de jaren heen komen we zo nu en dan in de Eijsder Beemden. Ik heb er vaker over geschreven.

20 juni was een heerlijke dag om hier weer een poos rond te zwerven. We zijn naar de kop van het schiereiland gelopen. Daarbij hebben we voornamelijk keurig de paden gevolgd, want de brandnetels stonden nu zo hoog dat er dwars doorheen struinen niet zo prettig meer was. Die brandnetelbossen zijn wel heel belangrijk als waardplant voor sommige vlinders zoals de dagpauwoog. We hebben er talloze gezien, soms als enkeling of met een paar bij elkaar, maar vaak ook met hele trossen opeengepakt. Hopelijk zullen vele overleven om over enige tijd met massa's om ons heen te fladderen. De populatie zal eerder bedreigd worden door de veelvuldig aanwezige grasmussen dan door de tuinfluiter.

Grote foto van een heel klein blauwtje: boomblauwtje

Op Groot hoefblad zat een Bramensprinkhaan. Tussen kruiden en brandnetels vond ik een gehakkelde Aurelia. Veel Lantaarntjes in verschillende kleuren dansten stil in het rond en bij de dam over het water schoten een aantal Bruine Rombouten aanzienlijk luider voorbij. Meer dan een korte rustpauze gunden al deze libellen zich niet. 

Veel vlinders troffen we aan, zoals Klein geaderd Witje verspreid over het gehele gebied en op een bepaald stuk met veel bramenstruiken plots een aantal atalanta's.

Zwanen, meerkoeten en futen behoren tot de watergasten van de Maas rond het schiereiland. Ganzen houden zich vooral bij de ondiepe plassen middenin het gebied op. Ze kunnen daar veilig hun jongen grootbrengen. Van de paarden hebben ze niets te vrezen, noch van de Kleine Vos - hoewel zijn naam misschien iets anders doet vermoeden.