maandag 8 maart 2021

Jubeltonen in de Waterleidingduinen


Begin maart hebben we van het heerlijke lenteweer geprofiteerd om wat rond het Oosterveld te struinen. Afgezien van een aarzelend groen puntje in een meidoornstruik was alles nog grauw en kaal. Eiken strekten hun oude knoestige takken reikhalzend naar de blauwe lucht. De herten liepen nog in hun donkere winterkleed. Boomkruipers bewogen zich stilletjes langs kale stammen omhoog op zoek naar voedsel. Maar de mezen en merels zongen al een toontje hoger en we wisten wie er op het vinkentouw zaten. De dunne piepjes van een goudhaantje trokken mijn aandacht.  Een havik vloog over het veld. Bij de bomenrand vlogen grote groepen spreeuwen en koperwieken voor ons op om zich iets verderop weer tussen dichte takken te verstoppen.         









Maar dat de lente onmiskenbaar zijn intrede doet, bewezen de eerste polletjes van de vroegeling, een mooi wit bloempje dat zijn naam eer aandoet. En wat kan ik blij worden van de jubeltonen van de boomleeuweriken, die van hoog in de lucht tot hun landing in een boomtop het voorjaar luidkeels inluiden. Zelfs de staartmezen tjirpten er lustig op los. Bij Panneland hebben we even heerlijk in het duinzand gelegen, genietend van de zon, de rust, de zang van een nabije boomleeuwerik en de verre roffel van een specht. Laat de lente maar komen!