donderdag 10 juni 2021

Tot slot: Gasselte (Drenthe)

We hebben bijna twee weken doorgebracht op de Sparrenhof in Gasselte. Ondanks de koude en regelmatig natte weersomstandigheden hebben we genoten van de rust en ruimte van de Hondsrug, het Drouwenerzand en de stroomgebieden van de Drentse Aa en de Hunze. De vele hunebedden (we zitten hier aan de "Hunebedhighway"!) vormen het bewijs dat deze streek al in de prehistorie bewoond was en via de restanten van de oudste watermolen, de afgegraven veengebieden en vele monumentale boerderijen beweegt de geschiedenis zich zichtbaar voort naar onze tijd. 
boerderij hoek Kerkstraat/Lutkenend. monument. 1830.

Gasselte zelf is een middeleeuws esdorp. Opgravingen hebben uitgewezen dat hier reeds in de 9e eeuw een nederzetting was met grote boerderijen. De website van de Historische Vereniging geeft veel informatie. Het Witte kerkje met het mooie kerkhofje rondom vonden we aan de rand van de hoge es bij het centrum. Het dateert uit de 2e helft van de 13e eeuw, maar daar is in de loop der eeuwen wel wat aan veranderd. Zo werd het torentje in 1787 toegevoegd ter vervanging van de losstaande klokkenstoel. Het blauwe pannendak en het witte pleisterwerk van de buitenmuren zijn van een restauratie in 1851. 
 

De oude pastorie De Weem (1844) naast het kerkje heeft met hertenkamp en tuinbeelden (eind 18e eeuw) bijna landgoedallures. In de oorlog diende de pastorie evenwel andere doeleinden. Het gedenkteken betreft een op 9 april 1945 omgekomen Franse parachutist. Terwijl grote delen van Nederland al bevrijd waren, werd in Drenthe nog volop gevochten door Belgische, Poolse en Canadese militairen. 700 Franse para's, van wie 60 bij Gasselte, werden bovendien afgeworpen in wat de laatste luchtlandingsoperatie van WO II zou worden. Toch zou de strijd nog een week voortduren. Deze jongeman heeft het niet overleefd. www.liberationroute.nl


We kijken uit over het Lutkenend met een opeenvolging van grote en kleinere boerderijen, die vrijwel alle geheel of gedeeltelijk rietgedekt zijn zoals je veel ziet in deze omgeving. Nu vinden we deze boerderijen mooi, maar vroeger was dit de buurt van de keuterboeren en ambachtslieden. In het Grotenend waren de grote boerderijen (hallenhuisboerderijen) van de rijkere en meer invloedrijke families. Het kerkje lag precies in het midden.





De Schaopsteeg, oude keienweg aan de rand van Gasselte.


We kunnen natuurlijk niet om de hunebedden heen en sluiten onze vakantie af met dit hunebed bij Eext tijdens een zeer verregend fietstochtje. Het voordeel is dat je dan een foto kunt nemen zonder andere bezoekers en klimmende kinderen in beeld. Bovendien leidde het tot een gesprek met een bijzondere man die daar rustig met zijn hondje op het bankje in de regen zat. Een oudere man die al zijn hele leven in deze streek woont en die heel anders dacht over de oorsprong en functie van de hunebedden dan de algemeen gangbare uitleg zoals we die ook op het informatiebordje vonden. Wij fietsten daarna maar weer snel naar Gasselte terug. De volgende ochtend scheen de zon weer en konden we de voortent droog inpakken. Tot de volgende ronde in juni. 


Onze andere fiets- en wandeltochten heb ik beschreven in voorgaande blogberichten.

 

woensdag 9 juni 2021

Fietsen door het Hunzedal en de veenkoloniën (Drenthe)

10 mei. Donkere, dreigende wolken, maar we besloten er weer op uit te gaan. De massa's zon-gele paardenbloemen in de nabijgelegen weiden sterkten ons in dat besluit. Vanaf de camping fietsten we over landweggetjes om het Drouwenerzand heen richting Drouwen en vervolgens Bronneger. De oude boerderijen stonden daar vroeger aan het veen, maar het is duidelijk dat deze fraaie boerderijen niet allemaal meer als zodanig in gebruik zijn. Bronneger telt ook maar liefst 5 hunebedden en is een omweggetje dus best waard.

    




We bereikten het Voorste Diep, nu een keurig recht kanaal, maar oorspronkelijk een doorbraak door de Hondsrug. Waar het Voorste Diep en het Achterste Diepje bij elkaar komen begint de Hunze, die over een lengte van zo'n 35 km langs de hoge Hondsrug loopt naar Groningen. In de tijden van vervening werd de beek rechtgetrokken, maar inmiddels wordt de Hunze op veel plaatsen weer zijn kronkelende status teruggegeven in samenhang met brede natuurontwikkeling.


Dit is een historische plaats.
De oudste watermolen van Nederland heeft hier in een bijna haakse bocht van het Voorste Diep gestaan. Toen men in 1979 de houten funderingsresten en brokken molensteen vond, konden de archeologen dit herleiden tot een graanmolen uit ongeveer de 10e of 11e eeuw. Wij staken het sluisje over en reden over een vlakke landweg verder, links van ons het Voorste Diep, rechts gingen de lage landerijen al snel over in de hoogten van de heuvelrug. Daarna moesten we stevig tegen de wind in trappen over de lange rechte wegen  van de afgegraven veengebieden. Tussen Drouwenerveen (07) en Gasselternijveen (01) veranderden de kale akkers in groene, bloemrijke en veelal drassige weiden, waar o.a. veel veldleeuweriken van hun aanwezigheid blijk gaven en dat is altijd een feestje!



Het Hunzedal en in de verte molen De Juffer bij Gasselternijveen. Van dit dorp hebben we niet veel gezien, want we besloten de fietsroute langs de buitenzijde van het dorp te volgen. Daarbij passeerden we een waterplas waar in 1845 de eerste volwassenendoop van Nederlandse baptisten plaatsvond.



Van hier reden we naar knooppunt 16 en 15, naar Gieterveen. Het open vlakke land leent zich natuurlijk goed voor het opwekken van windenergie en de aanleg van grote windparken was nog in volle gang. De enorme windmolens staan soms echter akelig nabij woonkernen en boerderijen en het is begrijpelijk dat niet iedereen daar blij van wordt.




NEE, dat dachten wij ook toen de lichte motregen van het laatste kwartier overging in een gestage regen. We besloten aan de rand van het dorp naast de nadrukkelijke NEE even tegen de ergste neerslag en wind dekking te zoeken. Daarna hebben we onze weg vervolgd, maar we besloten wel vanaf hier de kortste route naar Gieten te nemen. 


Onderweg vond ik dit wel een mooi voorbeeld van de boederijen zoals je ze hier wel veel ziet met die rechte voorgevels. Het zg. krimpentype boerderij komt geloof ik vooral in het noordoosten van ons land voor: het woonhuis ligt in het verlengde van de schuur; de schuur aan de achterzijde is het breedste gedeelte van het gebouw en loopt a.h.w. trapsgewijs af (krimpt) naar het voorhuis. Het na elke krimp smaller geworden gebouw heeft na iedere krimp hogere zijgevels, waardoor er grotere ramen mogelijk zijn voor een grotere lichtinval. Maar vooral de rechte voorgevels trokken steeds mijn aandacht. Als ik goed heb opgelet, zag ik die vooral in de veenkoloniën. In de versieringen zie ik art nouveau, heeft de bouwstijl ook daarmee te maken? Ik word er altijd wel nieuwsgierig naar, maar heb het antwoord nog niet gevonden.


Na het open land werden we op een bepaald punt bij de Hunze/Oostermoerse Vaart verrast door de schoonheid van het beekdal. Grasmussen en vele andere zangvogels vrolijkten ons nog extra op en zo bereikten we tenslotte redelijk droog Gieten, waar we onze laatste boodschappen hebben gedaan, voordat we naar Gasselte terugreden.



êë



 

vrijdag 4 juni 2021

Drouwenerzand

9 mei. Een dag van zon en felle regenbuien met onweer was voorspeld. We besloten dichtbij huis te gaan wandelen in het Drouwenerzand.Vanaf de Sparrenhof wandelden we linksaf over de bomenlaan en de eerste rechtsaf naar camping Horstmannsbos. De akkers die we passeerden zijn bewerkt in keurig rechte lijnen; de een verkeerde nog in maagdelijke aardtinten, op de ander kondigde het opkomende zaaigoed met dunne regels groen aan dat het voorjaar toch echt begonnen was.

Je mag dwars over de camping lopen om het natuurgebied te bereiken. Een wandelroute van goed 5 km voert door het heide-stuifzandgebied en door de belendende bossen. 







De heide is nu dor en kleurloos, maar de dennen en jeneverbessen kleuren altijd groen. De lichte tinten van de berken gaven wat meer dynamiek aan het beeld en de eiken deden voorzichtig mee met hun eerste blaadjes. 




De bosbodem was dankzij de vele regen bedekt met dikke, verende mostapijten. Er zou nog wel meer vocht volgen, want de lucht werd steeds donkerder en in de verte hoorden we meermalen een forse donder wegrollen.



Het begon eerst zachtjes te regenen. Een citroenvlinder trok zich er nog even niets van aan. Maar toen we bij het open veld kwamen vroegen we ons af: doorgaan of blijven schuilen onder de bomen? We zijn doorgelopen en hadden geluk: de bui heeft ons geschampt en zich iets noordelijker van ons echt ontladen!






En toen we terugliepen scheen de zon al weer en het was heerlijk om de middag te relaxen op de camping.