Van enkele vogels begin ik de zang (enigszins) te herkennen en het winterkoninkje zijn we deze dagen op Texel veel tegengekomen. Toch blijft het moeilijk om op het gehoor vogels te herkennen, waar er hier zoveel verschillende soorten zijn, die soms in klank en voorkomen (in ieder geval in mijn beleving) veel op elkaar lijken. Toch leren we steeds weer wat bij.
Niet ver van ons vloog een kiekendief uit de heidestruiken. Kijk, die hebben we hier leren kennen. En op een andere eenzame tak zagen we een vrouwelijke kneu.
Toen fietsten we naar de volgende duiningang bij het meer. Wat word je op dit eiland toch iedere keer weer verrast door de variatie en pracht van de natuur. Een meer en moeras vol lissen en dotters. De dotters bloeiden al en binnen korte tijd zal het hier geel kleuren van de lissen. Mooi zal dat zijn.
Het voordeel van dit moment was dat de planten nog niet zo hoog waren, zodat we nog het meer konden overzien en de vogels op de eilandjes en tussen het riet en de lissen.
In de struiken naast het pad landde een roodborsttapuit en bovenop het duin ontdekten we deze graspieper.
Was het steeds uitkijken naar vogels,
de Schotse hooglanders kon je niet missen. In een bijna onnederlands landschap kwamen we deze indrukwekkende dieren tegen op ons pad.
Ik had hier meer associaties met Spanje en een zeker sherrymerk dan met Hollandse duinen. Maar goed, ze stonden wel midden op ons pad in onze Hollandse duinen en dan ziet dit er toch wel stevig uit, vind je ook niet:
Maar goed, als je ze dan vervolgens zo - een beetje sullig - in het water ziet staan, geeft dat toch weer een heel andere indruk.
Met rustig doorlopen ging het dus allemaal prima.
Wat landt daar op de paal? Wij dachten eerst aan een leeuwerik vanwege de op-en-neer-vlucht van de vogel, maar ook dit blijkt een graspieper te zijn.
Een ruitjesbovist - zie ik vaker in de duinen - net open -met sporen.
We klommen tot bovenop het duin om even de zee te zien. Aanzienlijk minder golven dan eerder deze week. Hier viel ons op dat golvenkoppen van twee verschillende kanten bij elkaar kwamen. Een mui?
Van hier liepen we hetzelfde pad weer terug.
Had ik tot op heden nog nooit een graspieper gezien, nu leken we ze overal tegen te komen. Ook nog een roodborsttapuit, dit keer hoog op het duin.
Een zwartkop, een blauwborst en ha: weer een kiekendief. We besloten onze wandeling waar we begonnen waren: bij het meer. Op ons gemak fietsten we door de duinen, waar het inmiddels aanmerkelijk drukker was dan eerder die ochtend, naar huis. Het was mooi geweest.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten