zondag 1 augustus 2021

Brabantse Wal - fietsrondje Wouwse Plantage / Woensdrecht

Op onze fietstochten door het lage polderlandschap achter Steenbergen zijn we tot tweemaal toe tot de uiterste punt van de steilrand van de Brabantse Wal gekomen - bij Kladde en Lepelstraat. Bij Kladde zagen we een aspergeboerderij en dat lijkt al een teken dat de zeeklei hier overgaat in zandiger grond. Om iets meer van de diversiteit van de Brabantse Wal te zien hebben we dit keer de auto genomen en zijn we in Wouwse Plantage op de fiets gestapt. Behalve de zeekleigronden van de polders en de hoge zandgronden zijn hier in vroeger tijden ook moerassen en veengebieden gevormd. Vanaf 1263 zou gedurende 5 eeuwen in deze regio turf gewonnen worden uit het toen metersdikke turfpakket. De gedroogde turfblokken werden  met turfschuiten over de turfvaarten naar Bergen op Zoom vervoerd. De 20 meter lange trekschuiten werden vanaf de vaartkanten door turfarbeiders voortgetrokken. Sluisjes en waterreservoirs zorgden ervoor dat er voldoende water in de vaarten stond. 


Van dit verleden is weinig anders meer terug te vinden dan hier en daar de turfvaarten. Dan nog is het goed dat er met een informatiebord op deze historie geattendeerd wordt, want door de bomen op de wal en de vele waterplanten zou je als argeloze fietser deze vaarten niet zo herkennen en er achteloos aan voorbijgaan. Geen doodzonde, maar het is toch een aardig stukje cultuurgeschiedenis. Het fietspad gaat tussen de bomenrijen door tegen zon en wind beschut naar kpt 28. 




Links op de T-splitsing ligt een klein, mooi ogend landgoed, waar men B&B gasten ontvangt. Wij gingen evenwel rechtsaf en bij 27 linksaf  naar België. Op de T-splitsing met de Moerkantsebaan linksaf tot het Mariakapelletje, dat hier in 1852 door Klaas van Loon, oud-soldaat van Napoleon, is gebouwd. Het is maar dat we het weten!



De grenspaal aan de overkant van de weg lijkt wat verdwaald, want we waren echt al in België. Maar niet getreurd, over de Rouwmoer kwamen we bij het volgende Mariakapelletje. Rechtsaf gingen we door het vlakke Vlaamse land tot we op de Hollandseweg weer in eigen land terug waren.




Hier kwamen we toch echt in de bossen. Tuinderijen en kwekerijen vinden hier blijkbaar goede grond. Pas veel later ontdekte ik dat ten oosten van Huijbergen, waar we ons nu bevonden, stuifduinen zijn: de Schoelieberg en de Pilberg. Deze  hebben wij helaas gemist, toen we langs de grens van Huijbergen en de bossen richting Hoogerheide fietsten.  


Ten zuiden van deze weg is een uitgestrekt en grensoverschrijdend natuurgebied met heide, vennen en bossen. De Brabantse Wal is onderdeel van dit Grenspark De Zoom Kalmhoutse Heide. Dit zuidelijke natuurgebied zou ik nog wel eens verder willen verkennen tijdens een toekomstig verblijf in het uiterste zuidwesten van Brabant. Ik verwacht daar meer echte natuur dan in de drukkere noordelijke driehoek tussen de N289 en de A58 met de verschillende steden, drukke verbindingswegen en veel agrarische bedrijven. 
Nu zijn wij ten oosten van Woensdrecht en door de bossen bij Landgoed Mattenburgh  naar kpt 31 en 18 > 17 > 84 teruggereden naar Wouwse Plantage.  Bij kpt 18 is Natuurpoort Lievensberg, die niet alleen het startpunt vormt voor fietsroutes en wandelingen, maar ook toegang biedt aan allerlei activiteiten zoals een klimbos, blotevoetenpad, bosgolf e.d. Er is ook een Stayokay. Het was er dan ook aanzienlijk drukker dan elders op onze route.

We hebben een mooie fietstocht gemaakt. Dit deel van de regio Brabantse Wal is met zijn hoogteverschillen, zandgronden, heide- en bosgebieden, fraaie landgoederen en tuinderijen en kwekerijen inderdaad heel verschillend van het lage polderland. We hebben her en der de hoogteverschillen van de steilrand in de verte gezien, maar de stuifduinen gemist. De verse kersen en aardbeien, die we langs de weg bij een van de vele fruittelers hebben gekocht, maakten echter weer veel goed! 

Geen opmerkingen: